Speciaal voor Joost2:
Ik denk niet aan letters, maar het laatste woord van elke zin, letterlijk. Zoals de afleveringstitel is.
Tim/Taeke: Face, kandidaten, strategie, vertrouwen, haalt, rug, money, spelen, vrijstellingen, zaken, pot, rug.
Cecile/Klaas: vinden, legenda, is, oordeel, tip, molboek, denkt, contra, rug, heen, focus.
Annemieke/Rop: vermijden, kandidaat, denkt, gezet, vinden, rug.
Marjolein/Ellie: mollen, maken, vinden, succes, daglicht, zaakjes.
Remy/Airen: staat, Mol, Mol, vergaren, niet, rug, betrouwbaar, dan, jezelf.
Welke zin kunnen we hiermee maken? Rug is een terugkomend dingetje in elk gesprek.