In de olijfgaard vind ik Senne best verdacht. Na het horen van de vraag voor welk dier Michaël bang is, zie je hem nadenken, maar geen antwoord geven. Onder een olijfboom vraagt hij vervolgens aan Karolien en Stéphanie wat de mogelijke antwoorden zijn. Bij het horen van de suggesties ’haaien’, ‘wespen’ en ‘ratten’ reageert Senne: ‘Geen idee.’ De mandjes van de dames worden door de heren gevuld; Senne neemt zelf ook wat olijven mee. Nadat de redelijk gevulde mand van Karolien in de groene ton (wespen) is geleegd, zegt Senne: ‘Ik zou voor blauw gaan. Ik heb hem [Michaël] dat horen zeggen gisteren, denk ik. Ik meen het echt. Kwallen.’ Dit is het goede antwoord. Senne leegt dan zijn eigen mandje in de blauwe ton, maar zijn mandje bevat niet al te veel olijven. Ik vind het opvallend dat Senne pas over die kwallen begint ná het zien van die optie op een ton en nadat een beter gevulde mand al in de verkeerde ton is geleegd. Indien Senne de mol is, komt hij zo betrouwbaar over met zijn goede antwoord, terwijl het op dat moment relatief weinig geld oplevert. Vervolgens heeft hij als mol het geluk dat de blauwe ton door het andere team wordt weggespeeld, maar een volle blauwe ton lijkt me, gezien de resterende tijd, sowieso vrij lastig om nog te halen.
Bij de volgende ronde zien we iedereen olijven in de correcte gele ton (lockdownfeestje) deponeren, behalve Senne. Van hem zien we helemaal niets bij de tonnen. Tijdens de laatste ronde komt in beeld dat Senne eenmaal olijven in de verkeerde ton leegt (blauw in plaats van rood).
Op de boot houdt Senne zich op de vlakte, maar hij zegt wel: ‘Vier [molboekjes] is ook veel.’