Ik snap die hele schrijfstijl niet, of ligt dat nu aan mij?
Gekke zinsconstructies, rare woorden, hak op de tak:
Bijvoorbeeld:
Mag ik je op het volgende attent maken? Eén; een Mol komt zelden boven de grond. (waar is TWEE...want als je het zo neerzet dan verwacht je een opsomming, en die komt pas in de volgende alinea)
De macht over de test is meer dan de helft van het verdiende potgeld waard. Mij niet hoor. (wat zegt de mol hier nu eigenlijk?)
Zo kan ik nog even verder gaan. Het valt me trouwens op dat er vaak het woordje ÉÉN in voorkomt. Wat dat mag betekenen...
En toch doet dat MOLBOEK mij aan Ellie denken (al is dat niet mijn verdachte):
* Mol komt zelden boven de grond (politiemol)
* scheppen van mijn eigen territorium (wat ze ook met kloosteropdracht deed en etherdiscipline, afbakenen, eigen territorium claimen)
* Een andere opsporingsmethode.
* een grote klapper maken, Missie geslaagd. (van die politie en recherche opmerkingen)
Ook eerdere zinnen in dagboek 1 en 2 doen mij hieraan denken zoals:
Er zat voor mij maar één ding op: Tegenslag verwerken. Gewoon ongestoord te werk gaan. Vertrouwen in jezelf. Ík ben degene met het laatste woord! (woordvoerder, good cop, bad cop)
Nou goed, zit totaal niet op Ellie maar vind die dagboeken van de mol überhaupt apart tot nu toe.