R: vrienden zeggen altijd 'volgens mij ben je een beetje zo'n rat in plaats van een mol, hoor.
A: dat zeggen ze ook altijd bij mij, Rat. Dat is een van de diersoorten die elke keer in je leven weer terugkomt, ja.
K: ja, van de andere kant is het niet verkeerd, want die Rat kan juist weer die pot winnen.
R: Ja, dat kan ook weer, ja zekers.
K: ja, je kan inderdaad.. nou ja, Rik van de Westelaken die presenteert het voor het eerste jaar. Dus ook iedereen benieuwd naar hoe die het doet. Ja, goed?
R: ja, zeker.
K: nou, ik ben wel heel benieuwd. Nou stond er op het AD geloof ik, ik heb het niet helemaal gelezen. Er stonden allemaal theorieën en ze hadden het social-gedrag onderzocht en dat soort dingen. En nou schijnt dat jij al een keer een interview hebt gegeven, wat nog in de tijd van Wie is de mol? plaatsvond, kan dat, of is dat klinklare onzin?
R: ehhhh, wat, welk interview gaat het over?
K: aah, waar ging het nou over? Ik zal het eens erbij..
A: en daarui zou blijken dat..?
K: nou ja, ze gaan dan al het social media gedrag enzo onderzoeken en op een gegeven moment wordt ongeveer duidelijk welke periode mensen in het buitenland hebben gezeten of in ieder geval een beetje van de radar af waren. En wat was het nou, het was een interview, waar ging het nou toch over? Nou ja..
A: het ligt op het puntje van zijn tong hè? Op het puntje ligt het, echt ik kan het hier bijna voelen gewoon. Haal die tong terug!
K: nou ja, maakt ook niet uit verder, Robèrt, welk interview het was. Ik ben nog wel benieuwd, wat dacht je als eerst toen je er uit lag?
R: gheghehehe. Toen ik thuis kwam?
K: shit, het was te proberen. Echt, aw, je moet er wel een beetje getraind in zijn hè? Heb je dit ook samen met je vrouw geoefend, al die vragen, die strikvragen.
R: mensen stellen allemaal dezelfde vragen, dus ja..
K: o wat goed. Hoe ga jij zelf kijken morgen?
R: ja ik heb eh, ik heb de eerste aflevering al mogen zien. Dus die is ehh, die is superleuk.
K: ga je morgen dan nog wel een keer kijken of laat je..
R: ja, we kunnen ook in Amsterdam kijken, maar ik heb morgen een drukke dag. Ik kijk lekker thuis.
A: Groot gelijk!
K: wij zijn super benieuwd.
A: wij willen jou graag weer zien ehh, over een week of vier/vijf.
K: Ja! Kom nog een keer langs, Robèrt.
R: ja, is goed ja. Oh ja, is goed!
K: vinden we gezellig.
A: lig je er net uit en dan..
R: ghehehehe. Een mooie, ja oké.
K: Robèrt, leuk dat we je eventjes konden bellen en wij gaan met heel veel plezier kijken. Dank je wel hè!
R: goeie uitzending nog hè!
Houdoe!
K: oh heerlijk.
A: lekker menneke is het toch?
K: zen vanochtend hadden we het op de redactie het er nog over. Van iedereen die kijkt, wie is nou de mol? En toen ging het ook over Robèrt, van zou hij de mol zijn? En toen zei ook iemand van 'nou ik denk niet dat Robèrt een hele goeie mol is, want hij is zo open en geeft alles prijs' Ik zei 'ja, misschien is hij juist dáárom weer een goede mol, omdat iedereen denkt dat kan de mol niet zijn.'
A: en dat vind ik wel het hele leuke van dit programma. Iedereen is er wel echt altijd super veel mee bezig.