Een column van Rik op de NOS site:
Eindelijk weten jullie hoe het zit en mag ik er vrijuit over praten. Je hebt geen idee hoe lastig het is voor een journalist om dagelijks het laatste nieuws te vertellen en dan ineens een jaar lang een geheim te bewaren, een geheim waar vele honderden Mol-fans maandenlang achter proberen te komen, een geheim dat je het liefst wel zou willen uitschreeuwen.
Dat staaltje zelfbeheersing viel me best zwaar, want ik wilde maar wat graag aan iedereen vertellen wat een heerlijk avontuur 'Wie is de mol?' was. Hoe we figureerden in een levensechte thriller op de mooiste locaties van Sri Lanka, hoe ik me weer even kind voelde, omdat ik alleen maar bezig hoefde te zijn met het spelen van een spel met leuke nieuwe vrienden.
De weg naar de finale was niet alleen paradijselijk. We maakten lange dagen, hadden niet veel privacy en stonden regelmatig onder hoogspanning, vooral op de momenten dat we een test maakten en afscheid moesten nemen van een medekandidaat. Dat gaat echt zoals op tv: na de executie moet de afvaller direct naar huis.
Ook het voortdurend letten op je Mol-verdachten valt niet mee (welke kleren dragen ze, als hoeveelste stappen ze uit en in de bus, naast wie stonden ze op de foto, droegen ze nou wel of niet een zonnebril tijdens de uitleg van Art en hoe heet de moeder van de Mol ook alweer?).
Vanaf de eerste aflevering, het moment dat wij met tien kandidaten in een oud, verlaten politiebureau van Colombo een opdracht tot een goed einde probeerden te brengen en collega-journalist Margriet van der Linden als enige weigerde om uit de controlekamer te komen, stond zij bovenaan mijn verdachtenlijstje.
Ik besloot haar nauwlettend in de gaten te houden. Dus kroop ik tijdens andere opdrachten bij haar in een tuktuk, op een boot en sjouwde ik met haar een zware kar door de volkswijk Petta. Langzaam maar zeker werden haar voortdurende sabotagepogingen steeds duidelijker, al bracht Chris Zegers mij een paar keer flink aan het twijfelen.
Rookgordijn
Nadat kamergenoot Marlijn Weerdenburg en ik elkaars vertrouwen hadden gewonnen, bleek zij op hetzelfde spoor te zitten. We besloten elkaar te helpen en informatie te delen: twee weten immers meer dan een. Bovendien moesten we, als we samen de finale wilden halen, niemand laten merken wat wij al wisten.
Dus trokken we een rookgordijn op om de anderen op het verkeerde been te zetten. We bleven zoveel mogelijk bij onze Mol in de buurt, zodat haar streken ook op ons afstraalden. Soms gedroeg Marlijn zich verdacht. Ze haalde twee keer geld uit de pot in de National Gallery, speelde leuk met kinderen op het strand, terwijl de anderen druk bezig waren om de opdracht tot een goed einde te brengen. De ander keer deed ikzelf verdacht. Ik stond te prutsen met een camera en deed net of ik niet wist hoe die werkte en natuurlijk haalde ik geld uit de pot, want dat zou de echte Mol ook doen.
Hoe meer verwarring er heerste, hoe beter. Daardoor verdienden we als groep weinig geld. Maar ja, we speelden dit spel om de Mol te ontmaskeren, niet voor de pot.
De tactiek wekte. Daarom deelde ik met Marlijn mijn jokers: om haar in het spel te houden en onze samenwerking voort te zetten. We schakelden een voor een de andere kandidaten uit om uiteindelijk samen in de finale te belanden.
Waren wij dan zulke geweldig intelligente kandidaten? Nee natuurlijk niet. Er ging ook heel veel mis. We waren stuk voor stuk soms enorme sukkels. Waarom eerst overleggen en een strategie bepalen, als je gelijk kunt beginnen? Waarom eerst nadenken en dan pas doen?
Oelewapper
Vaak gingen we de fout in, de ene kandidaat een nog grotere oelewapper (dank, Viktor voor de herintroductie van dit geweldige woord) dan de andere. En dan hebben we het niet eens over de voortdurende spanning van het spel en de vermoeidheid waaraan je bloot staat. Die factoren helpen ook niet mee om een topprestatie te leveren.
De makers van het programma hebben dankbaar gebruik kunnen maken van ons gestuntel en ons rookgordijn. Elke opdracht die per ongeluk of expres misging, werd in de montage uitgevent. Maar man oh man, wat hebben wij een plezier gehad. Dat pakt niemand ons meer af.